Bosbeekweg

Samuel Bromberg

Samuel Bromberg

Verhaal van Daan

Juni 1943
Het is vandaag lekker weer en de 9-jarige Daan gaat naar buiten. Hij loopt een rondje om het rode bakstenen huis van de familie De Bruin. Hoe lang woont hij hier nu? Twee weken? Hij mist zijn vader en moeder best wel want zij zijn ergens anders ondergedoken. Hij weet niet eens precies waar. Maar gelukkig zijn Jan en Neeltje de Bruin aardig voor hem. En meneer de Groot komt soms ook langs. Dat vindt Daan altijd leuk. Meneer de Groot heeft een theeschenkerij met een pension, iets verderop aan de Bosbeekweg 19. Een pension is een soort hotel. Voordat de oorlog begon, ging Daan met zijn ouders op vakantie in pension De Boschbeek van familie de Groot. Dat was heel leuk! Hij speelde dan met de kinderen van meneer de Groot in het bos en op de heide.

Maar nu kan dat niet meer. Daan moet zich verstoppen voor de Duitsers. En hij is niet de enige. Er zitten nog meer mensen verscholen in het huis en in de schuur van familie de Bruin aan de Bosbeekweg 11. Meneer en mevrouw Bromberg bijvoorbeeld. Ze zijn een beetje deftig en meneer Bromberg is heel geleerd. Hij is jurist en dat betekent dat hij alles weet over wetten en regels. Maar hij weet ook heel veel over muziek en boeken. En hij kan vogels herkennen aan het geluid dat ze maken.

Juli 1943
Er is iets vreselijks gebeurd: een overval aan de Bosbeekweg! Er kwamen plotseling mannen die Daan en alle andere onderduikers gevangen wilden nemen. Natuurlijk was Daan ontzettend bang. Eigenlijk is hij dat nog steeds. Maar gelukkig hebben ze hem niet te pakken gekregen. Meneer de Groot kwam en die heeft hem gered. Hij deed Daan een blinddoek voor, tilde hem op en droeg hem naar een nieuwe schuilplaats. Daar is Daan nu. Hij kon natuurlijk niet zien waar ze heen gingen. Maar dat geeft niet want dan kan hij ook niets verklappen. Vlak voordat ze wegvluchtten zag hij nog wel dat er een groepje mensen bij elkaar stond in het veld. Wat zou er gebeurd zijn met iedereen?
Later die dag hoort Daan dat mevrouw Bromberg en een paar andere mensen over de hei konden vluchten. Maar het schijnt dat meneer Bromberg wel is opgepakt. Hopelijk komt alles weer goed…

Daan legt een wit steentje bij de Stolpersteine bij de Bosbeekweg

Zomer 2017
Daan woont nu in Amsterdam. Hij is ondertussen al 83 jaar oud, maar de tijd aan de Bosbeekweg in de oorlog is hij zeker nog niet vergeten. Vandaag gaat hij terug naar Bennekom want er worden herdenkingsstenen geplaatst op de plek waar vroeger het pension van meneer de Groot stond. Nu staat er een groot vakantiehuis, het NIVON huis. Daan vindt dit wel een goede plek voor de herinneringssteentjes. Meneer de Groot heeft tenslotte heel veel mensen geholpen in de oorlog.
Als Daan bij de Bosbeekweg komt ziet hij dat het huis, waar hij vroeger ondergedoken zat, er ook nog steeds staat. Het ziet er wel anders uit dan vroeger. Bij het NIVON-huis worden die middag drie Stolpersteine gelegd. Een ervan is voor Samuel Bromberg. Hij is opgepakt tijdens de overval en daarna gevangen gezet en vermoord. Als de Stolpersteine naast elkaar in de grond liggen, legt Daan een wit steentje bij de goudkleurige steen van meneer Bromberg. Dat is een oud Joods gebruik. Daan vindt het eigenlijk helemaal niet leuk om aan de oorlog te denken en aan alles wat er toen is gebeurd. Maar hij vindt het wel heel belangrijk dat het niet vergeten wordt. Want zoiets mag nooit meer gebeuren!

 

Samuel Bromberg

Meneer Bromberg, zoals Daan hem noemde, werd op 22 april 1891 geboren in Amsterdam. Zijn vader en moeder gaven hem de naam Samuel. Maar de meeste mensen noemden hem gewoon Sal. Sal had drie broers: Richard, Friedrich en Paul.

Sal Bromberg groeide op in Amsterdam en ging er naar school. Toen hij zijn diploma had gehaald ging hij naar de universiteit. Daar leerde hij van alles over wetten, regels en rechten. Toen hij daarmee klaar was, ging hij werken als advocaat en jurist. Hij trouwde met Wilhelmina (Wil) Citroen en ze gingen samen in een huis in Amsterdam wonen.

Sal en Wil vonden het leuk om te reizen. Samen gingen ze op vakantie naar Frankrijk of ze maakten een lange bootreis naar Genua in Italië. Ook maakten ze tochtjes op hun motor met zijspan. Meestal zat Wil op de motor en Sal in het zijspan.

Na een tijdje verhuisden Sal en Wil van Amsterdam naar Aerdenhout, een dorp iets verderop. Daar kochten ze een huis met een hele grote tuin. Er groeiden zoveel planten en bomen rondom het huis dat het huis de naam ‘De Rimboe’ kreeg. In het huis stond een vleugel (een grote piano), waar Sal op speelde. Hij was erg muzikaal. Als hij vogels hoorde fluiten, kon hij aan het geluid herkennen wat voor soort vogel het was. Sal ging ook vaak wandelen met hun hond.

Aan dit leven kwam een einde op 31 maart 1942. Op die dag moesten alle Joodse inwoners van Aerdenhout hun huis verlaten en zich in Amsterdam melden. Misschien hebben Sal en Wil nog even in het huis van Sals broer Paul gewoond in Amsterdam. Daarna zijn ze ondergedoken. Ze vonden een schuilplaats aan de Bosbeekweg 11 in Bennekom, waar ook Daan verstopt zat. Bij de overval die daar in juli 1943 plaatsvond, werd Sal opgepakt. Hij werd eerst naar een gevangenis in Arnhem gebracht. Daarna moest hij naar kamp Westerbork. Hier is hij twee en een halve maand geweest. Toen werd hij naar Auschwitz gestuurd.

Wil kon zich de rest van de oorlog verstoppen voor de Duitsers en toen de oorlog voorbij was, ging ze meteen op zoek naar Sal. Heel veel mensen waren hun familie kwijtgeraakt in de oorlog en wilden weten wat er met hen gebeurd was. Het duurde dan ook heel lang voordat Wil een officieel bericht kreeg van het Rode Kruis. Daarin stond dat Sal in Auschwitz was vermoord op 22 oktober 1943.

 

 

Voor meer informatie zie het boek, klik HIER